Terug en vooruit kijken
Dit is de laatste begroting van dit college. We kijken vanavond
daarom graag terug en vooruit.
Ik kan me de eerste raadsvergaderingen van deze raadsperiode
nog goed herinneren. Op 24 april 2018 dienden we als VVD een unaniem aangenomen
motie in over de optimalisatie van de samenwerking tussen raad en college. Het
leverde het rapport: Schurende democratie op, waarin werd gesproken over een
bestuur centristische bestuursstijl. In Overbetuwe waren we onze tijd
vooruit met de discussie over macht en
tegenmacht.
We zijn nu 3,5 jaar verder. De bestuurscultuur is met dit
college wezenlijk anders en we hebben heel vaak kunnen zien dat de scheidslijn
tussen coalitie en oppositie niet met een viltstift, maar met potlood wordt getrokken.
Dat is goed. Ook zetten we als raad en college voorzichtige stappen met
betrekking tot burgerparticipatie.
Toch zijn we er nog lang niet. De overvolle raadsagenda wordt
beheerst door de collegevoorstellen. Als VVD vinden we dat we duidelijker
moeten inzetten op onze kerntaak, namelijk onze kaderstellende en controlerende
rol.
We laten het college wegkomen met vage beleidsdoelen en
monitoren op indicatoren die daar niet bij aansluiten. Laten we als voorbeeld
Economie nemen. Het beleidsdoel is een Ondernemers vriendelijke gemeente, maar
de indicator is het aantal banen. Zo kan het gebeuren dat we een minder
ondernemers vriendelijke gemeente zijn geworden, maar het college toch positief
is over het beleid.
Ander voorbeelden zijn duurzaamheid, maar ook het sociale
domein, waar de voorzitter van de rekenkamer (Harry Smeets) er ons in de
werkgroep op wees dat de indicatoren niet in lijn zijn met de beleidsdoelen.
Dat moeten we dus echt anders gaan doen.
Zou het daarom niet verstandig zijn als we tussen de komende
kadernota van het nieuwe college en de begroting, op alle 10 de programma’s
afzonderlijk zowel de beleidsdoelen als ook de bijbehorende indicatoren vast
zouden stellen? Dan houden we ons echt bezig met de hoofdlijnen en met zowel
onze kaderstellende als controlerende rol.
Wij doen vanavond een poging op de onderwerpen:
· Wonen, Werken, welzijn en zuinig
zijn.
1. Wonen
De woningnood is deze raadsperiode sterk toegenomen. We zijn
daar als Overbetuwe niet uniek in, maar het zijn wel onze jongeren en onze
inwoners met urgentie die geen woning kunnen vinden en onze winkeliers
in Heteren en Zetten die op woningbouw aandringen.
Woningbouwplannen
vragen een (te) lange voorbereidingstijd. Deels komt dat door weerstand in de
omgeving. We hebben al eerder gezegd: We kunnen aan niemand het recht op vrij
uitzicht toezeggen. Als we dat wel doen, kunnen we nergens meer bouwen.
Gelukkig zijn deze periode diverse bouwplannen gestart en is
er goede afstemming in de regio. Toch moet er meer gebeuren.
Wij
vragen het college om:
voor de begroting van 2023 met een concreet plan te komen met daarin waar,
wanneer en hoeveel woningen er komende raadsperiode gerealiseerd gaan worden.
Wat ons betreft kijken we daarbij ook naar andere samenwerkingsverbanden om tot
woningbouw te komen.
Veilig
wonen
Wonen is ook
groen, duurzaam, bereikbaar en veilig wonen. Vanuit het rijk komt er meer geld
beschikbaar voor veiligheid. Onze inwoners en ondernemers moeten dit gaan
merken. Hoewel 100% veiligheid niet mogelijk is, wil de VVD haar best doen om
daar zo dicht mogelijk bij in de buurt te komen.
Vraag aan
de portefeuillehouder:
Hoe kunnen we met de extra middelen vanuit het Rijk onze inwoners en
ondernemers beter beschermen?
2. Werken
We zijn
kritisch over de ontwikkelingen op het gebied van economie. Overbetuwe is gezakt
op de lijst van MKB-vriendelijkste gemeenten, er is niet goed ingezet op de
ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen en de regels lijken belangrijker te
zijn geworden dan het bereiken van het doel.
Positief is
de BIZ in Heteren en Zetten en dat er een begin gemaakt is met het ontwikkelen
van een economische visie. Wij geloven in een goede samenwerking tussen ondernemers,
scholen, organisaties en de gemeente om gezamenlijk belangrijke
maatschappelijke doelen te bereiken zoals de energietransitie, integratie,
participatie en stageplekken.
Vraag aan
de portefeuillehouder:
Hoe ziet het college die samenwerking en hoe gaan we samen die maatschappelijke
doelen bereiken? Kan daar het geld van A10 bij helpen?
3. Welzijn
We denken
bij welzijn al snel aan het sociale domein en dat is afgelopen jaren zowel
inhoudelijk als ook financieel lastig geweest.
We hebben
veel gesproken over beleidskaders en we zijn blij met ontwikkelingen rondom het
Sociaal Team Overbetuwe en het sterk verbeterde inzicht dankzij de monitor.
Toch blijft ook hier de vraag: in hoeverre is het beleid succesvol en is
bijstelling van de beleids- of financiële kaders nodig? We zijn als raad nog
altijd niet goed bij machte om die afweging te kunnen maken.
Vraag aan
de portefeuillehouder:
Hoe gaat hij ons hierbij helpen?
4. Zuinig zijn
Zuinig zijn
op onze inwoners betekent ook luisteren naar onze inwoners en ondernemers. Zuinig
zijn, is ook zuinig zijn op de centen. Dat betekent financieel degelijk begroten,
maar ook de lasten van onze inwoners en ondernemers beperken. We zijn blij dat
het college de financiële ruimte uit de septembercirculaire deels wil aanwenden
om tegemoet te komen aan onze OZB-motie bij de kadernota.
We zijn echter
oprecht teleurgesteld in de transparantie van dat raadsvoorstel. Het college
geeft niet expliciet aan dat de motie maar gedeeltelijk wordt uitgevoerd en
geeft daar ook geen enkele motivatie voor.
A9: We dienen amendement A9 in om
alsnog tot uitvoering van de motie te komen die is aangenomen bij de kadernota
en de stijging van de OZB te beperken tot 2% (inclusief inflatie). Er is geen
financiële noodzaak voor een grotere verhoging en we blijven een deel van die
ruimte inzetten om de financiële positie te versterken.
Geïnspireerd
door het incidentele geld uit de septembercirculaire liggen er enkele
amendementen die de bezuinigingen uit de kadernota terugdraaien. Dat klinkt sympathiek,
maar wij hebben die niet mee ingediend omdat we twee zorgpunten hebben:
· Het gaat om incidenteel geld
tegenover structurele uitgaven. We hebben dus zorgen of dit wel verantwoord is.
· Het college heeft bij de behandeling
van de kadernota aangegeven het geld niet nodig te hebben. Waarom zouden we het
college dan meer geld geven voor: De fietsagenda (A2), Overbetuwe Beweegt (A5),
het duurzaamheidsbeleid (A8) en het economische programma (A10)? Het college weet
niet wat ze ermee gaan doen en daarmee helpt het ook niet om het beleidsdoel te
halen?
De VVD zal
alleen instemmen met het beschikbaar stellen van meer geld als dat verantwoord
is en als er ook een plan ligt voor een goede besteding van dat geld.
We
sluiten af
Er zijn deze
raadsperiode belangrijke vorderingen gemaakt, zowel inhoudelijk als ook op het
gebied van de bestuurscultuur.
Er moet
echter nog veel gebeuren voordat we als raad op de positie zitten zoals we die
als VVD graag zien. Het scherp zijn op beleidsdoelen en het goed controleren op
de indicatoren hoort daarbij. Zo kunnen we er als raad samen met het college
voor zorgen dat het Goed leven blijft in Overbetuwe.